Het mystieke lichaam van Christus

x
Gebruik de knoppen om door de historische teksten te lopen:

Informatie over dit document

Mystici Corporis Christi
Het mystieke lichaam van Christus
Over het mystieke lichaam van Christus en over de vereniging die wij daarin bezitten met Christus
Paus Pius XII
29 juni 1943
Pauselijke geschriften - Encyclieken
1961, Ecclesia Docens 0164, uitg Gooi & Sticht, Hilversum
Vert. uit het Latijn
Tussentitels: redactie Ecclesia Docens
Zie de gebruiksvoorwaarden van de documenten
1961
Ecclesia Docens
8 februari 2025
433
nl
Toon meer

Referenties naar dit document: 31

Open uitgebreid overzicht

Referenties naar dit document van thema's en berichten

Open uitgebreid overzicht

Extra opties voor dit document

Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social media
- Artikel 1 - Christus de "Stichter" van de Kerk
25
Nu wij in het kort willen uiteenzetten, op welke wijze Christus Zijn sociale lichaam heeft gesticht, komt ons aanstonds deze uitspraak van onze voorganger Leo XIII z.g. voor de geest: "De Kerk, die, reeds vroeger ontvangen, uit de zijde zelf van de tweede Adam geboren werd, toen deze als het ware sluimerde op het kruis, trad op de hoogdag van Pinksteren voor het eerst en op uitnemende wijze in het licht der openbaarheid." 1[[622|26]] Want de goddelijke Verlosser begon de bouw van de geheimzinnige tempel der Kerk, toen Hij al predikend Zijn leer mededeelde; Hij voltooide ze, toen Hij verheerlijkt aan het kruis hing; ten slotte maakte Hij ze bekend en kondigde ze openlijk af, toen Hij op zichtbare wijze de Geest, de Vertrooster, over Zijn leerlingen uitzond.

Referenties naar alinea 25: 1

De Sacra Liturgia - De schemata globatim sumpto ->=geentekst=

Extra opties voor deze alinea

Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
26
a. Door de prediking van het Evangelie
Terwijl Hij namelijk het predikambt vervulde, koos Hij de apostelen uit en zond hen, zoals Hij zelf gezonden was door de Vader (Joh. 17, 18)[b:Joh. 17, 18], als leraars namelijk, als bestuurders en als bewerkers van heiligheid in de gemeenschap der gelovigen; Hij wees hun hoofd, tevens Zijn plaatsbekleder op aarde aan 2[[b:Mt. 16, 18.19]]; alles wat Hij van de Vader gehoord had, maakte Hij hun bekend (Joh. 15, 15)[b:Joh. 15, 15]; Hij gaf ook het Doopsel 3[[b:Joh. 3, 5]], waardoor de toekomstige gelovigen in het lichaam van de Kerk moesten worden ingelijfd; en ten slotte stelde Hij het wonderbaar offer en het wonderbare sacrament, de Eucharistie, in, toen Hij op de vooravond van Zijn dood het laatste avondmaal vierde.

Referenties naar alinea 26: 0

Geen referenties naar deze alinea

Extra opties voor deze alinea

Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
27
b. Door Zijn lijden op het kruis
Dat Hij echter Zijn werk op het kruishout voltooide, verzekeren de heilige Vaders in een ononderbroken reeks van getuigenissen; zij vestigen er de aandacht op, dat de Kerk op het kruis uit de zijde van de Zaligmaker werd geboren als de nieuwe Eva, de moeder van alle levenden. 4[[b:Gen. 3, 20]] "En nu wordt zij gebouwd" aldus de grote Ambrosius, handelend over Christus' doorboorde zijde, "en nu... neemt zij gestalte aan, en nu wordt zij geschapen... Nu rijst het geestelijk huis op tot een heilig priesterdom." 5[[9416|+149]] Wie deze eerbiedwaardige leer nauwkeurig onderzoekt, kan zonder moeite de gronden onderscheiden, waarop zij steunt.

Referenties naar alinea 27: 0

Geen referenties naar deze alinea

Extra opties voor deze alinea

Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
28
Vooreerst werd door de dood van de Verlosser de oude wet afgeschaft en door het Nieuwe Testament vervangen; toen is de wet van Christus tezamen met haar geheimen, wetten, instellingen en gewijde riten voor de gehele aarde bekrachtigd in het Bloed van Jezus Christus. Want, zolang de goddelijke Zaligmaker in een klein land predikte - Hij was immers alleen gezonden tot de verloren schapen van het huis van Israël 6[[b:Mt. 15, 24]] - stonden wet en Evangelie naast elkander 7[[[t:ia-iiae q. 103 a. 3 ad 2]]]; maar op het kruishout, waaraan Hij stierf, deed Jezus de wet met haar bepalingen teniet 8[[b:Ef. 2, 15]]; het handschrift van het Oude Testament hechtte Hij aan het kruis 9[[b:Kol. 2, 14]], en in Zijn Bloed, dat Hij voor het gehele mensengeslacht vergoot, stichtte Hij het Nieuwe Testament. 10[[b:Mt. 26, 28; 1 Kor. 11, 25]] "Toen heeft", aldus de H. Leo de Grote sprekend over het kruis des Heren, "zo klaarblijkelijk de overgang plaats gehad van de wet tot het Evangelie, van de synagoge tot de Kerk, van de vele offers tot het éne Slachtoffer, dat, toen de Heer de geest gaf, het geheimzinnig voorhangsel, dat het binnenste van de tempel en het verborgen heiligdom afsloot, plotseling van boven tot onder scheurde." 11[[913]]

Referenties naar alinea 28: 0

Geen referenties naar deze alinea

Extra opties voor deze alinea

Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
29
Op het kruis is derhalve de oude wet gestorven, om daarna als verwekster van de dood begraven te worden 12[[[1052]]] 13[[[t:I-II, q. 103, a. 3 ad 2 + a. 4 ad 1]]] 14[[[912]]], en plaats te maken voor het Nieuwe Testament, waarvoor Christus als de geëigende bedienaren de apostelen had uitgekozen 15[[b:2 Kor. 3, 6]]: uit kracht ook van het kruis oefent onze Zaligmaker, ofschoon Hij reeds in de schoot der H. Maagd tot Hoofd van geheel de mensenfamilie was gesteld, het ambt van hoofd in de volle zin van het woord in de Kerk uit. "Want", zo zegt de engelachtige en algemene leraar, "door de overwinning op het kruis verdiende Hij de macht en de heerschappij over de volkeren" 16[[t:iiia q. 42 a. 1]]; door die overwinning vermeerderde Hij voor ons tot in het onmetelijke die schat van genaden, die Hij, glorievol heersend in de hemel, over Zijn sterfelijke ledematen onophoudelijk uitstort; door het vergieten van Zijn Bloed op het kruis maakte Hij een einde aan de toorn Gods, het beletsel aller genaden, en bewerkte zo, dat alle hemelse gaven, vooral de geestelijke goederen van het nieuwe en eeuwige testament, uit de bronnen van de Zaligmaker tot heil van de mensen en bovenal van de gelovigen konden uitstromen; op het kruishout ten slotte verwierf Hij Zich Zijn Kerk, dat wil zeggen alle ledematen van Zijn mystieke lichaam, daar deze immers door de afwassing van het doopsel niet in de eenheid van dit lichaam zouden worden opgenomen, tenzij door de zaligmakende kracht van het kruis, waardoor zij reeds volkomen onder de heerschappij van Christus gesteld waren.

Referenties naar alinea 29: 0

Geen referenties naar deze alinea

Extra opties voor deze alinea

Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
30
Zo is dus onze Zaligmaker door Zijn dood, in de volle en volledige zin van het woord, het Hoofd van de Kerk geworden; door Zijn Bloed .Ook is de Kerk verrijkt met die overvloedige uitstorting van de Geest, waardoor zij, sinds de Mensenzoon op Zijn smartelijk kruis werd verheven en daaraan werd verheerlijkt, in goddelijke luister schittert. Toen immers is het gebeurd, zo merkt Augustinus op 17[[2223]], dat na het scheuren van de tempelvoorhang, de dauw der liefdegaven van de Vertrooster, die tot dan toe alleen op de schaapsvacht, dat wil zeggen op het volk van Israël, was neergedaald, nu, terwijl de schaapsvacht droog bleef liggen, de gehele aarde, dat wil zeggen de katholieke Kerk, die door geen grenzen van stam of staat zou worden ingeperkt, op ruime en overvloedige wijze bevochtigde. Zoals derhalve op het eerste ogenblik van de Menswording, de Zoon van de eeuwige Vader de menselijke natuur, die Hij in zelfstandige eenheid aannam, met de volheid van de Heilige Geest zalfde, om er een geschikt werktuig van te maken voor het bloedige Verlossingswerk, zo wilde Hij ook, in het uur van Zijn kostbare dood, Zijn Kerk met de meest overvloedige gaven van de Vertrooster verrijkt zien, opdat zij bij de uitdeling van de goddelijke vruchten der Verlossing, een krachtig werktuig van het mens geworden Woord zou worden, een nooit in gebreke blijvend werktuig. Immers, de juridische zending van de Kerk en haar macht om te onderrichten, te besturen en de sacramenten toe te dienen, hebben juist daarom een hemelse kracht en uitwerking bij de opbouw van het lichaam van Christus, omdat Christus hangend aan het kruis de bron van de goddelijke goederen voor Zijn Kerk ontsloot, waardoor zij aan de mensen een nooit falende leer zou kunnen verkondigen en hen door van Godswege verlichte herders op heilzame wijze zou kunnen besturen en de overvloedigste hemelse genaden over hen zou kunnen uitstorten.

Referenties naar alinea 30: 0

Geen referenties naar deze alinea

Extra opties voor deze alinea

Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
31
Wanneer wij al deze kruisgeheimen aandachtig beschouwen, dan zien wij heel helder de betekenis van die woorden van de apostel, waarmede hij aan de Efesiërs leert, dat Christus door Zijn Bloed de Joden en de heidenen heeft één gemaakt, "doordat Hij in Zijn Vlees... de scheidsmuur... afbrak", die de beide volkeren van elkander scheidde; eveneens dat Hij de oude wet heeft opgeheven, "om beiden in Zichzelf tot één nieuwe mens om te scheppen", namelijk de Kerk; en beiden in één lichaam met God door het kruis te verzoenen. 18[[b:Ef. 2, 14-16]]

Referenties naar alinea 31: 0

Geen referenties naar deze alinea

Extra opties voor deze alinea

Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
32
c. Door de afkondiging- van de Kerk op de Pinksterdag
De Kerk nu, die Hij door Zijn Bloed heeft gesticht,heeft Hij op de Pinksterdag met een bijzondere, uit de hemel neergedaalde kracht versterkt. Immers na degene, die Hij reeds eerder als Zijn plaatsbekleder had aangewezen, in zijn verheven ambt plechtig te hebben bevestigd, steeg Hij ten hemel op; en zittend aan de rechterhand van de Vader, wilde Hij Zijn bruid onder het ruisen van een hevige wind en de verschijning van vurige tongen 19[[b:Hand. 2, 1-4]], door de zichtbare komst van de Heilige Geest openbaren en haar waardigheid bekend maken. Want, zoals Hij zelf bij het begin van de uitoefening van Zijn predikambt door Zijn eeuwige Vader door middel van de Heilige Geest, die onder de gedaante van een duif neerdaalde en over Hem bleef 20[[b:Lc. 3, 22]], werd bekend gemaakt; zo heeft ook Christus de Heer, toen de apostelen hun verheven leraarstaak zouden gaan beginnen, Zijn Geest uit de hemel neergezonden, die in de vurige tongen op hun hoofd rustte en de hemelse zending van de Kerken haar hemels ambt als met een vinger van Gods hand aanduidde.

Referenties naar alinea 32: 0

Geen referenties naar deze alinea

Extra opties voor deze alinea

Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media