Inhoudsopgave
- Inhoud
Den lof des Heren moge mijn mond verkondigen, en mij gemoed en mijn geest, mijn vlees en mijn tong mogen Zijn heiligen naam verheerlijken. Want het is geen teken van een bescheiden, maar van een ondankbaren geest Gods weldaden te verzwijgen; en het past ons dan ook alleszins met een offer van lofprijzingen tot den Heer onze taak van opperpriester na onze wijding te beginnen. Want in onze nietigheid is de Heer ons indachtig geweest en heeft Hij ons gezegend, want Hij alleen heeft voor mij het grote wonder bewerkt, dat de genegenheid uwer Heiligheid mij als tegenwoordig beschouwd heeft, toen de noodzaak van een lange reis mij afwezig deed zijn. Ik breng dan ook dank aan onzen God en zal Hem die steeds brengen voor alles, wat Hij mij geschonken heeft. Tevens herdenk ik met een verschuldigd woord van dank de vrije keuze, waarin uw aanhankelijkheid zich heeft uitgesproken, daar ik zeer goed inzie, met hoeveel eerbied, liefde en trouw de vurigheid uwer Liefde mij nog bedelen zal, als ik met herderlijke bezorgdheid het heil van uw zielen behartig, wanneer gij nu reeds een zo heilig oordeel over mij hebt uitgesproken, terwijl er mijnerzijds toch nog geen enkele verdienste is voorafgegaan. Ik smeek u daarom bij de barmhartigheid van den Heer: helpt door uw gebeden hem, dien gij door uw wensen hebt uitverkoren, opdat de Geest der genade in mij blijve en uw oordeel over mij niet aan het wankelen gerake. Moge Hij, Die u de liefde der eendracht heeft ingestort, ons allen gezamenlijk het goed van den vrede schenken, opdat ik alle dagen van mijn leven, geheel overgegeven aan den dienst van God en aan mijn taak temidden van u, met vertrouwen den Heer zal kunnen bidden : “Heilige Vader, bewaar hen in Uw naam, die Gij mij gegeven hebt.'' Om uw voortdurende vorderingen op den weg naar het heil, zal mijn ziel dan, naar ik hoop, den Heer kunnen prijzen, en bij de vergelding van het toekomstige oordeel moge mijn rekenschap over mijn bisschopsambt voor den rechtvaardigen Rechter juist hierin haar steun vinden, dat gij door Uw goede werken dan mijn vreugde zijt, gij mijn kroon, die door uw goede gezindheid een oprecht getuigenis van mijn tegenwoordig leven hebt afgelegd. Door Christus onzen Heer.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
https://beta.rkdocumenten.nl/toondocument/9237-preek-op-de-dag-van-zijn-bisschopswijding-nl