De Hemelvaart onthult de grootsheid van de roeping

Beste broeders en zusters:

Het boek Handelingen van de Apostelen vertelt dat Jezus, na zijn opstanding, veertig dagen lang aan de leerlingen verscheen en vervolgens "ten aanschouwen van hen omhooggeheven" (Hnd 1,9) [b:Hnd 1,9]. Het is Hemelvaart, de feestdag die we op donderdag 25 mei vieren, al is deze in sommige landen verplaatst naar aanstaande zondag. De betekenis van dit laatste gebaar van Christus is tweeledig. In de eerste plaats onthult hij door naar de hemel op te stijgen op ondubbelzinnige wijze zijn goddelijkheid: hij keert terug naar de plaats waar hij vandaan kwam, dat wil zeggen naar God, nadat hij zijn missie op aarde heeft vervuld. Bovendien stijgt Christus ten hemel met de menselijkheid die hij aannam en die verrees uit de dood: die mensheid is de onze, van gedaante veranderd, vergoddelijkt, eeuwig gemaakt. Daarom openbaart de Hemelvaart de "grootsheid van de roeping” Gaudium et Spes [[575|22]] van iedere menselijke persoon, geroepen tot het eeuwige leven in het koninkrijk van God, koninkrijk van liefde, licht en vrede.

Op het feest van Hemelvaart wordt de Werelddag van de Sociale Communicatie gevierd, gewild door het Tweede Vaticaans Concilie en die al zijn veertigste editie heeft bereikt. Het thema van dit jaar is: " De media: een netwerk voor communicatie, gemeenschap en samenwerking [1122]" De Kerk kijkt nauwlettend naar de media, omdat zij een belangrijk middel vormen om het Evangelie te verspreiden en de solidariteit tussen mensen te bevorderen, en hun aandacht te vestigen op de grote problemen die hen nog steeds ten diepste kenmerken.

Vandaag bijvoorbeeld met het initiatief "De wereld marcheert tegen de honger" (Walk the World), gepromoot door het Wereldvoedselprogramma van de Verenigde Naties wil men het bewustzijn onder regeringen en de publieke opinie vergroten over de noodzaak van concrete en tijdige actie om iedereen, vooral kinderen, de "bevrijding van honger" te garanderen. Met gebed ben ik dicht bij deze manifestatie, die wordt gehouden in Rome en andere steden in bijna honderd landen.

Ik hoop van harte dat, dankzij de bijdrage van iedereen, de plaag van honger die de mensheid nog steeds teistert en die de levensverwachting van miljoenen mensen ernstig in gevaar brengt, zal worden overwonnen.
Ik denk in de eerste plaats aan de urgente en dramatische situatie in Darfur, in Soedan, waar grote moeilijkheden blijven bestaan ​​om zelfs in de fundamentele voedselbehoeften van de bevolking te voorzien.

Laten we vandaag met het traditionele gebed van Regina caeli de Maagd Maria op een bijzondere manier onze broeders en zusters onderdrukt door de gesel van de honger toevertrouwen, degenen die haar om hulp vragen, en degenen die via de sociale communicatiemedia bijdragen aan het consolideren van de banden van solidariteit en vrede tussen mensen. Laten we bovendien de Maagd vragen om de apostolische reis naar Polen vruchtbaar te maken, die ik, als God het wil, van aanstaande donderdag tot en met zondag onderneem, ter nagedachtenis aan de geliefde Johannes Paulus II.